Regelgeving

Regelgeving

Regelgeving

Regelgeving

Wijziging Woningwet per 1 april 2007
1. Wat is er gewijzigd in de Woningwet per 1 april 2007?
De wijziging van de Woningwet is bedoeld om de naleving, handhaving en handhaafbaarheid van de bouwregelgeving te verbeteren. Het gaat niet alleen om het verbeteren van het gemeentelijk toezicht, maar ook om een betere naleving van de bouwregelgeving door burgers en ondernemers zelf. In de nieuwe Woningwet is dat onder meer vertaald in een handhavingsbeleidsplicht voor gemeenten, een vereenvoudiging van het aanschrijfinstrumentarium en een verduidelijking van de eigen verantwoordelijkheid van burgers en bedrijven om aan de bouwregelgeving te voldoen.
U kunt de wijziging van de Woningwet downloaden onder ‘Wetten en regels’.

Wanneer een bouwvergunning nodig?

2. Heb ik een bouwvergunning nodig? Zo ja , welke?
Welke bouwwerken bouwvergunningsvrij zijn, een lichte of reguliere bouwvergunningprocedure moeten doorlopen is in de wet vastgelegd. In principe is voor elk bouwwerk en elke verbouwing een reguliere bouwvergunning nodig. Het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken geeft een aantal voorwaarden waaronder bouwwerken en verbouwingen zonder bouwvergunning of met een lichte-bouwvergunning mogen worden uitgevoerd. Daarbij is een aantal voorwaarden van belang. Deze hebben te maken met de afmeting en de plaats van het bouwwerk. Zo mag bijvoorbeeld het zij- of achtererf niet voor meer dan de helft bebouwd zijn. Een dakkapel of dakraam moet ten minste 0,5 meter van de dakrand liggen. Verder mag aan de voorkant en bij hoekwoningen ook aan de zijkant van de woning niet zo snel vergunningsvrij gebouwd worden als aan de achterkant (zie ook vraag 4). Wordt een bouwwerk niet genoemd in dit Besluit, dan is dus een reguliere bouwvergunning nodig. Bepaal snel of u een vergunning nodig heeft in Bouwvergunning online.

3. Wat te doen als ik twijfel of ik een vergunning nodig heb of niet?
Neem in geval van twijfel altijd contact op met uw gemeente. De gemeente is het aangewezen adres voor nadere informatie over bouwen en verbouwen. Bovendien kunt u te maken krijgen met andere vergunningen, zoals bijvoorbeeld een sloopvergunning of een kapvergunning. Ook hier kan de gemeente u meer over vertellen.

Vergunningsvrij bouwenRegelgeving
4. Als een bouwwerk vergunningsvrij is, moet ik dat dan nog wel melden bij de gemeente?
Voor bouwwerken geldt tegenwoordig geen meldingsplicht meer. Als u aan alle voorwaarden voor bouwvergunningsvrij bouwen voldoet, mag u bouwen zonder dit bij de gemeente te melden. De meldingsplicht gold tot 1 januari 2003 voor bouwwerken met een beperkte afmeting. Tegenwoordig mogen deze bouwwerken veelal vergunningsvrij worden geplaatst. Welke bouwwerken dit precies zijn kunt u nagaan via www.vrom.nl/bouwvergunningen_online.

5. Wat wordt bedoeld met de voor- en achterkantbenadering?
Belangrijk is waar u gaat (ver)bouwen. Bouwen aan de voorkant van de woning en bij hoekwoningen ook aan de zijkant, heeft meer invloed op de kwaliteit van de leefomgeving dan bouwen aan de achterkant. Aan de voor- en zijkant mag er dus minder snel bouwvergunningsvrij gebouwd worden dan aan de achterkant van de woning.

6. Betekent vergunningsvrij ook vrij van voorschriften?
Niet helemaal. Als uw bouwplan voldoet aan alle voorwaarden voor bouwvergunningvrij bouwen, dan mag u zonder bouwvergunning bouwen. Maar de regels voor veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid en energiezuinigheid uit het Bouwbesluit en het burenrecht uit het Burgerlijk Wetboek gelden wel. De regels van de gemeentelijke bouwverordening gelden niet en de gemeentelijke welstandseisen en het bestemmingsplan zijn slechts ten dele van toepassing (zie vraag 15 en 21).
Als u bouwvergunningsvrij bouwt dan moet uw bouwwerk dus voldoen aan:

De voorschriften uit het Besluit bouwvergunningsvrije en licht-bouwvergunningplichtige bouwwerken (zo niet dan is een bouwvergunning noodzakelijk)
De bouwtechnische eisen uit het Bouwbesluit
De redelijke eisen van welstand
7. Mag ik mijn recreatiewoning vergunningsvrij verbouwen?
Om langdurig en permanent gebruik van recreatiewoningen te voorkomen zijn de mogelijkheden voor vergunningsvrij bouwen hierbij beperkt. Aan- of uitbouwen, bijgebouwen of overkappingen en dakkapellen mogen daarom niet vergunningsvrij worden gebouwd. Deze beperkingen gelden overigens ook bij tijdelijke bouwwerken en woonwagens.

8. Is voor het verbouwen van een monument een bouwvergunning nodig?
Ja. Voor al het bouwen in, op, aan of bij een Rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument is altijd een bouwvergunning nodig. Dit geldt ook voor het bouwen in een door het Rijk aangewezen beschermd stads- of dorpsgezicht. Alleen het plegen van dagelijks onderhoud is ook bij monumenten en in door het rijk aangewezen beschermde stads- en dorpsgezichten bouwvergunningsvrij. Ook als u op last van de gemeente uw bouwwerk moet aanpassen is dit bouwvergunningsvrij. Voor veranderingen aan monumenten is in bijna alle gevallen wel een wijzigingsvergunning Monumenten noodzakelijk. Neem hiervoor contact op met de gemeente.

9. Is een caravan bouwvergunningsvrij?
Ja, de Woningwet bepaalt dat voor het plaatsen van ‘een caravan overeenkomstig de Wet op de openluchtrecreatie (Wor)’ g een bouwvergunning nodig is. Op 1 januari 2008 verdwijnt echter de Wor. Om te voorkomen dat caravans bouwvergunningsplichtig worden is een wijziging van de Woningwet in voorbereiding. Daarmee wordt geregeld dat een caravan, tent, tentwagen of kampeerauto niet bouwvergunningsplichtig is, mits voldaan wordt aan het bestemmingsplan. Deze wijziging is op 13 juni 2008 in werking getreden.
Meer informatie vindt u bij veelgestelde vragen van de Helpdesk Bouwregelgeving: opent in  een nieuw venster www.vrom.nl/bouwregelgeving_helpdesk, vraag 388.

10. Ik wil gaan verbouwen en heb nu een lichte bouwvergunning nodig. Klopt het dat deze vanaf de inwerkingtreding van de Wabo (Zie dossier Omgevingsvergunning) niet meer nodig is?
VROM kan u hierin geen antwoord geven. De nieuwe regeling voor vergunningvrij bouwen is nog niet definitief.
Het aanvankelijke voorstel van het kabinet om vergunningvrije bouwmogelijkheden aanmerkelijk te verruimen is door de Tweede Kamer kritisch ontvangen. De Tweede Kamer heeft een motie aanvaard waarin staat dat de mogelijkheden die het bestemmingsplan biedt qua oppervlakte en afmeting, het maximum zijn bij de voorgestelde verruiming van vergunningsvrije bouwmogelijkheden.
Als de plannen in strijd zijn met het bestemmingsplan is alsnog een omgevingsvergunning nodig. Het bevoegd gezag (meestal de gemeente) zal daarbij een afweging maken of het bouwen in strijd met het bestemmingsplan mag plaatsvinden. Dit betekent dus dat het bestemmingsplan bepalend wordt voor de vraag of een omgevingsvergunning nodig is.
Over de nieuwe regeling voor vergunningvrij bouwen zullen zich eerst de Eerste Kamer en de Raad van State nog uitspreken. Pas daarna wordt definitief duidelijk hoe de regeling eruit komt te zien. Tot aan de inwerkingtreding van de Wabo blijft de huidige regelgeving van kracht. Op een nieuwe regeling die nog niet definitief vaststaat kan niet vooruit worden gelopen.

11. Het aantal bouwvergunningplichtige bouwwerken zou met de inwerkingtreding van de Wabo verminderen met 57%. Welke bouwwerken zijn straks niet meer vergunningplichtig?
In de aanvankelijke plannen van het kabinet zou het aantal bouwvergunningen met 57% verminderen. Dat blijft in de nu voorgenomen plannen van het kabinet zo. Door het aanvaarden van een motie door de Tweede Kamer geldt echter wel dat het aantal toestemmingen dat nodig is bij bouwen in strijd met een bestemmingsplan, ten opzichte van nu niet zal afnemen.
In grote lijnen blijft vergunningvrij bouwen mogelijk in de omvang zoals dat nu ook mogelijk is (bijgebouwen tot max 30 m2 en aan- en uitbouwen tot een diepte van max 2.5 m).
Alleen als het bestemmingsplan dat toelaat, kunnen er hoofdzakelijk op achtererven zonder omgevingsvergunning ook grotere aan- en uitbouwen en bijgebouwen worden gebouwd. Als dat bouwen echter in strijd is met het bestemmingsplan, is alsnog een omgevingsvergunning nodig. Het gaat daarbij niet om een vergunning voor het bouwen (vergelijkbaar met de huidige bouwvergunning waarbij getoetst wordt aan het Bouwbesluit 2003 en de bouwverordening – het aantal bouwvergunningen zal dus afnemen), maar louter om een planologische omgevingsvergunning (vergelijkbaar met de huidige ontheffing van het bestemmingsplan). Het bevoegd gezag beslist of deze vergunning wordt afgegeven.

Aanvraag bouwvergunning

12. Wat moet ik doen als ik een vergunning nodig heb?
Als u een bouwvergunning nodig heeft dient u uw bouwplan in bij de gemeente op een standaard aanvraagformulier. Download dit formulier of vraag het op bij uw gemeente. In de bijlage bij het aanvraagformulier ziet u welke gegevens u daarbij moet aanleveren.Als er na inlevering nog stukken ontbreken zal de gemeente u schriftelijk verzoeken om extra gegevens aan te leveren. De gemeente toetst uw bouwplan en laat u binnen de wettelijk vastgestelde termijnen (zie vraag 11) weten of de bouwvergunning wordt verleend.

13. Wie is er verantwoordelijk voor de bouwaanvraag?
U kunt de aanvraag om bouwvergunning uiteraard zelf indienen bij de gemeente, maar u kunt ook bijvoorbeeld uw aannemer of architect machtigen om dat voor u te doen. Op het aanvraagformulier kunt u dat aangeven. U blijft altijd wel zelf verantwoordelijk voor alle zaken rondom de aanvraag én de bouw zelf. Wanneer u (onderdelen van) de bouwaanvraag uitbesteedt, is het wel van belang daar duidelijke afspraken over te maken. Meer hierover kunt u lezen in het document ‘Verantwoordelijkheid bij de aanvraag om bouwvergunning’. Nog meer informatie over de verantwoordelijkheidsverdeling tussen aanvrager, adviseurs en gemeente kunt u nalezen in het ‘Plan van aanpak constructieve veiligheid’. U kunt het bestellen via de Betonvereniging (http://www.betonvereniging.nl) of hier downloaden.
Download Plan van aanpak constructieve veiligheid (pdf 4 MB)

14. Welke gegevens zijn noodzakelijk bij een aanvraag om bouwvergunning?
Het indienen van een aanvraag voor een bouwvergunning is aan landelijke regels gebonden, de zogenaamde indieningsvereisten. Deze zijn vastgelegd in het ‘Besluit indieningsvereisten aanvraag bouwvergunning’. Daarbij is vastgelegd welke documenten, bijvoorbeeld een bouwtekening en welke gegevens, bijvoorbeeld een sterkteberekening, u moet inleveren. In de bijlage bij het aanvraagformulier staat welke gegevens u moet inleveren. Deze lijst is een maximale lijst, dat betekent dat de gemeente niet meer dan deze gegevens mag vragen, maar ook dat bepaalde documenten niet meegeleverd hoeven worden, als deze niet relevant zijn. Als u twijfelt over welke gegevens u moet aanleveren, neem dan contact op met de gemeente.
(Zie ook: ‘Besluit indieningsvereisten aanvragen bouwvergunning’ (AmvB van 13 juli 2002) bij Wetten en regels)

15. Waaraan wordt mijn bouwaanvraag getoetst?
Een licht-vergunningplichtig bouwwerk wordt getoetst aan het bestemmingsplan, de stedenbouwkundige voorschriften van de gemeentelijke bouwverordening, de constructieve veiligheidseisen (uit het Bouwbesluit) en de welstandsnota. Voor de welstandstoets mag advies gevraagd worden aan de welstandscommissie, maar dit is niet verplicht.
Een regulier-vergunningplichtig bouwwerk wordt ook getoetst aan het bestemmingsplan en welstand. Bij deze vergunningprocedure is een advies van de welstandscommissie overigens wel verplicht. Verder wordt een regulier bouwvergunningplichtig bouwwerk getoetst aan de gehele gemeentelijke bouwverordening en alle eisen uit het Bouwbesluit.

16. Hoe lang duurt het voor ik een bouwvergunning krijg?
Bij een licht-bouwvergunningplichtig bouwwerk moet de gemeente binnen zes weken laten weten of u toestemming heeft om te bouwen of niet. Bij een aanvraag voor een reguliere bouwvergunning moet de gemeente binnen twaalf weken uitsluitsel geven. In het laatste geval kan deze termijn eenmaal worden verlengd met nog eens zes weken. Dit wordt u tijdig gemeld. De termijn begint te lopen op de dag dat de gemeente de aanvraag om bouwvergunning ontvangt. Indien de gemeente u om aanvullende stukken vraagt dan wordt de termijn verlengd met de tijd die nodig is om die aanvullende stukken aan de gemeente aan te leveren.

17. Mag ik gaan bouwen als ik niets van de gemeente hoor?
Als de gemeente niets van zich heeft laten horen binnen de officiële behandelingstermijn, mag u de aangevraagde vergunning in principe als verleend beschouwen. Er onstaat dan een vergunning ‘van rechtswege’.
Dit geldt echter niet als uw bouwplan strijdig is met het bestemmingsplan. In dat geval gelden de termijnen uit de Wet Ruimtelijke Ordening. De gemeente is niet verplicht om dit aan u te melden, het is echter wel ‘netjes’ om dit te doen. Informeer daarom altijd bij de gemeente naar de status van de bouwvergunning voordat u met bouwen start. Bovendien geldt bij een vergunning (ook een vergunning van rechtswege!) een bezwaarperiode van 6 weken. In die periode kunnen belanghebbenden bezwaar maken tegen uw vergunning en kan de vergunning in het uiterste geval worden vernietigd.

18. Wat kost een bouwvergunning?
Voor het behandelen van de aanvraag voor een bouwvergunning mag de gemeente kosten in rekening brengen. De kosten voor een bouwvergunning worden leges genoemd. Hiervoor gelden geen landelijke regels; de hoogte van de leges kan dus per gemeente en per vergunningaanvraag verschillen. De meeste gemeenten hanteren een percentage van de bouwsom. De leges die de gemeente mag vragen staan in de gemeentelijke legesverordening. Deze kunt u bij de gemeente opvragen of inzien. Zie ook www.bouwleges.nl

19. Wat is een gefaseerde bouwvergunning?
Een reguliere bouwvergunning kan ook gefaseerd aangevraagd worden. In de eerste fase wordt bekeken of er ruimtelijke en welstandstechnische bezwaren zijn. In de tweede fase wordt het bouwerk getoetst op de bouwtechnische aspecten. Op deze manier worden geen onnodige kosten gemaakt als blijkt dat het bouwplan ruimtelijk niet past. Elke fase kan zes weken duren en beide fasen zijn eenmalig met zes weken te verlengen.

20. Wanneer krijg ik te maken met de welstandscommissie?
Als uw bouwplan de lichte bouwvergunningprocedure doorloopt, mag de gemeente uw plan zelf op welstand beoordelen of voorleggen aan de welstandscommissie. Bij een reguliere bouwvergunningsprocedure is een advies van de welstandscommissie verplicht. Als uw plan op het punt van welstand wordt afgewezen, dan krijgt u daarover schriftelijk uitleg.
De Woningwet verplicht een gemeente een welstandsnota op te stellen. Daarin moet voor ieder gebied dat een gemeente ‘welstandsgevoelig’ vindt zo concreet mogelijk aangegeven zijn wat de welstandseisen zijn. Is er geen welstandsnota, dan kan er niet op welstand worden beoordeeld. Vergunningsvrije bouwwerken worden niet vooraf getoetst op welstand. Dat betekent echter niet dat het bouwwerk helemaal niet aan welstandseisen hoeft te voldoen. Een vergunningsvrij bouwwerk mag niet ‘ernstig afwijken van redelijke eisen van welstand’. Wat ‘redelijke eisen van welstand’ zijn kan een gemeente ook vastleggen in de welstandsnota. Als u iets bijzonders wilt bouwen, is het dus verstandig hierover met gemeente en buren te overleggen.

21. Moet ik mijn buren informeren als ik ga bouwen?
Het is zaak niet alleen rekening te houden met de wet, maar ook met uw buren. Buren hebben namelijk een aantal rechten en plichten ten opzichte van elkaar. Het algemene uitgangspunt is dat u uw buren geen hinder mag toebrengen, bijvoorbeeld door het wegnemen van licht en lucht of het verspreiden van stank en trillingen. Het burenrecht is vastgelegd in het Burgerlijk Wetboek. (Zie Wetten en regels: Artikelen uit het Burgerlijk Wetboek over relatie tussen buren)
Als u het plan heeft om te gaan verbouwen, is het verstandig om dit eerst met uw buren te bespreken. Mochten zij aangeven dat zij problemen hebben met uw plan, dan kunt u samen zoeken naar een oplossing waar beide partijen tevreden mee zijn. Dit voorkomt problemen achteraf.
U bent overigens zelf verantwoordelijk voor het informeren en overleg met uw buren. De gemeente controleert dit niet, ook niet als u een bouwvergunning heeft aangevraagd.

Overige vergunningen

22. Welke vergunningen heb ik nog meer nodig als ik ga verbouwen?
Het kan zijn dat u voor uw bouwplannen naast een bouwvergunning nog andere vergunningen nodig heeft, zoals bijvoorbeeld een sloopvergunning, een kapvergunning of een uitritvergunning. Of zelfs dat u geen bouwvergunning nodig heeft, maar wel een andere vergunning. Het is daarom verstandig bij ieder bouwplan contact op te nemen met de gemeente. Bouwt u in de buurt van water of een waterkering dan kan het zijn dat u toestemming nodig heeft van het Waterschap, ook als u geen bouwvergunning nodig heeft.

23. Wanneer heb ik een sloopvergunning nodig?
Uw gemeente bepaalt of u een sloopvergunning nodig heeft. De voorwaarden voor een sloopvergunning staan in de gemeentelijke bouwverordening. In de meeste gemeenten heeft u een sloopvergunning nodig als de hoeveelheid sloopafval meer dan 10m3 zal zijn en/of als bij de sloop ook asbest verwijderd moet worden. Neem contact op met de afdeling Bouwen en Wonen van uw gemeente. Overigens wordt onder slopen verstaan: het afbreken van een bouwwerk of een gedeelte daarvan. Gedeeltelijk slopen is bijvoorbeeld aan de orde bij verbouwingen. Ook dan hebt u dus mogelijk een sloopvergunning nodig.

24. Bij wie moet ik een sloopvergunning aanvragen?
Een sloopvergunning vraagt u aan bij de afdeling Bouwen en Wonen van uw gemeente. Er bestaat dan ook geen landelijk VROM-formulier voor het aanvragen van een sloopvergunning. U kunt bij uw gemeente een sloopformulier opvragen

25. Aan welke eisen moet ik voldoen om een sloopvergunning te krijgen?
U hoeft als aanvrager van de sloopvergunning niet aan specifieke eisen te voldoen. Wel moet de aanvraag voor een sloopvergunning aan eisen voldoen: zo moet er verklaard worden of het sloopobject asbest bevat of niet. Neem contact op met uw gemeente voor meer informatie.
Als het te slopen (of gedeeltelijk te slopen) bouwwerk een monument is, moet bovendien een vergunning aangevraagd worden in verband met de Monumentenwet of de provinciale of gemeentelijke monumentenverordening.

Bestemmingsplan

26. Mag ik vergunningsvrij bouwen als het bestemmingsplan dit niet toestaat?
Om vergunningsvrij te mogen bouwen, moet aan alle voorwaarden daarvoor worden voldaan, inclusief die voor het gebruik van het bouwwerk. Als het bouwwerk wordt gebruikt voor een andere bestemming dan in de genoemde voorwaarden (in een bijgebouw wordt bijvoorbeeld een kapperszaak gevestigd; dit strekt niet tot vergroting van het woongenot) dan gaan alsnog de gebruiksvoorschriften uit het bestemmingsplan gelden. Staat het bestemmingsplan de kapperszaak uit het voorbeeld niet toe, dan kan het bijgebouw niet zonder bouwvergunning worden geplaatst. De overige voorschriften uit het bestemmingsplan zijn overigens niet van toepassing. Zie voor een uitgebreidere toelichting vraag 016 van de ‘veelgestelde vragen helpdesk bouwregelgeving’.

27. Wat als mijn bouwaanvraag in strijd is met het bestemmingsplan?
Als het bouwplan waarvoor u vergunning heeft aangevraagd strijdig is met het bestemmingsplan, kan de gemeente ontheffing verlenen van dat bestemmingsplan. Uw aanvraag om bouwvergunning is dan tevens een verzoek om ontheffing van het bestemminsplan, u hoeft dit dus niet apart aan te vragen. Voor het verlenen van een dergelijke ontheffing staat in principe acht weken, plus vier weken voor inzage. In de praktijk blijkt dit echter meestal langer te duren. Wordt de ontheffing verleend, dan zal uw bouwaanvraag verder in behandeling worden genomen; wordt de ontheffing niet verleend dan zal uw bouwaanvraag worden afgewezen.

Bezwaar maken
28. Ik ben het niet eens met de afwijzing van mijn vergunning door de gemeente. Wat kan ik doen?
Tegen elke beslissing van de overheid, dus ook een afwijzing van een vergunning door de gemeente, kan bezwaar worden gemaakt. Dit moet dan wel binnen zes weken en kan alleen schriftelijk bij de gemeente zelf. Het adres waar u uw bezwaarschrift naartoe moet sturen staat meestal in de brief met de beslissing. Het Ministerie van Justitie heeft een hele duidelijke brochure over het instellen van bezwaar en beroep. (Deze is te downloaden via http://www.justitie.nl (pdf, 248 KB)).

29. Kan ik bezwaar aantekenen tegen de bouwplannen van mijn buren?
Vooraf kunt u bij uw buren aangeven dat u bezwaar hebt tegen hun bouwplannen. Wellicht komt u er gezamenlijk uit. Als de bouwvergunning al is verleend kunnen omwonenden en andere belanghebbenden tot zes weken na het verlenen van die vergunning bezwaar daartegen aantekenen bij de gemeenten. De gemeente zal de vergunning dan moeten heroverwegen. Als de klachten gegrond worden verklaard, zal de bouwvergunning worden ingetrokken en mag er niet meer gebouwd worden.

30. Kan ik bezwaar maken tegen een vergunningsvrij bouwwerk?
Tegen een vergunningsvrij bouwwerk kan geen bezwaar worden gemaakt bij de gemeente. Als het vergunningsvrije bouwwerk van uw buren hinder veroorzaakt voor u, kunt u dat aanvechten op grond van het burenrecht. Hiervoor moet u een civiele procedure volgen. Een juridisch adviseur of Het Juridisch Loket kan u hier meer over vertellen.